De ramen van de Ontmoetingskerk
De ramen van de Ontmoetingskerk
De Vredeskerk - zo heette de Ontmoetingskerk vóór de vernieuwbouwing van 2015 - was de eerste kerk die na de 2e wereldoorlog is gebouwd. In de naam klinkt de nieuwe Vrede door die in 1945 tot stand kwam.
Het tudorbogige raam boven de oude hoofdingang, vaak genaamd het ”vredesraam” bevat een Twentse tekst "Hoo leeflijk seent de voot van deegen dee 'n vrae brengt" (Rom 10,15).
De prediking van Jezus.
(Raam bij de toreningang)
Er wordt al gepreduleerd op 'laat de kinderen tot mij komen'.
"De Schepping"
De glas-in-lood vensters in wat nu de gedachtenishoek is vertellen het verhaal van de schepping. In deze schepping draait de aarde om de zon, en tonen flora en fauna een compleet Jurassic Park.
Sinds het begin is God schepper,- van de hemel en de aarde.
De aarde is woestheid en warboel geweest,
met duisternis op het aanschijn van de oervloed,-
maar adem van God reeds
wervelend over het aanschijn van het water.
Dan zegt God: kome er licht!-
en er kómt licht.
God ziet het licht aan: ja, het is goed!
Zo brengt God scheiding aan
tussen het licht en de duisternis.
God roept tot het licht ‘dag’
en tot het duister heeft hij geroepen ‘nacht’;
er komt een avond en er komt een ochtend: één dag.
Dan zegt God:
kome er een gewelf in het water,-
kome er scheiding
tussen water en water!
Dan maakt God
het gewelf
en brengt hij scheiding aan
tussen de wateren onder het gewelf
en de wateren
boven het gewelf;
zo komt het tot stand.
God roept tot het gewelf ‘hemel’;
er komt een avond en er komt een ochtend: tweede dag.
Dan zegt God:
dat de wateren onder de hemel te hoop lopen naar één oord,
en zichtbaar worde het droge!-
en zo komt het tot stand.
God roept tot het droge ‘aarde’
en tot de ophoping van de wateren heeft hij geroepen ‘zeeën’;
God ziet het aan: ja, het is goed!
Dan zegt God:
laat de aarde groen doen groeien,
een gewas dat zaad zaait,
een vruchtdragend geboomte
dat vruchten maakt naar zijn soort
met daarin zijn zaad over de aarde!-
en zo komt het tot stand.
En de aarde brengt al wat groen is naar buiten, gewas dat zaad zaait naar zijn soort
en geboomte dat vruchten maakt met daarin zijn zaad, naar zijn soort;
God ziet het aan: ja, het is goed!
Er komt een avond en er komt een ochtend: derde dag.
Dan zegt God:
kome er: lichten aan het gewelf van de hemel
om scheiding aan te brengen
tussen de dag en de nacht;
komen moeten die er als tekenen en samenkomsttijden,
voor dagen en jaren;
komen moeten ze als lichten aan het gewelf van de hemel
om licht te brengen over de aarde!-
en zo komt het tot stand.
God maakt
de twee grote lichten:
het grote licht voor het beheer van de dag,
het kleine licht voor het beheer van de nacht,
en ook de sterren.
God geeft ze aan het gewelf van de hemel
om licht te brengen over de aarde,
om te beheren de dag en de nacht,
om scheiding aan te brengen
tussen het licht en de duisternis;
God ziet het aan: ja, het is goed!
Er komt een avond en er komt een ochtend: vierde dag.
Dan zegt God:
laten de wateren wemelen
van het gewriemel van bezield leven,-
en laat er gevogelte vliegen over de aarde,
over het aanschijn van het gewelf, de hemel
En God schept
de grote gedrochten,-
en alle levende ziel die rondkruipt,
waarvan de wateren zijn gaan wemelen, in hun soorten,
en elke gevleugelde vogel in zijn soorten;
God ziet het aan: ja, het is goed!
Dan zegent God hen, en zegt:
draagt vrucht, weest overvloedig,
vult het water in de zeeën,
en ook het gevogelte zij overvloedig op aarde!
Er komt een avond en er komt een ochtend: vijfde dag.
Dan zegt God:
brenge de aarde naar buiten: bezield leven in z’n soorten,
vee, kruipend gedierte en wat in het wild leeft op aarde
in z’n soorten;
en zo komt het tot stand.
God maakt wat in het wild leeft op aarde in z’n soorten,
het vee in z’n soorten
en al wat over de bloedrode grond kruipt in z’n soorten;
God ziet het aan: ja, het is goed!
Dan zegt God:
laat ons een mens,- een roodbloedige, maken naar ons beeld en
als onze gelijkenis,-
laten zij neerdalen bij de vissen van de zee
en de vogels van de hemel,
bij het vee en bij alles op de aarde,
en bij alle kruipsel dat rondkruipt over de aarde!
God schept de mens naar zijn beeld,
naar het beeld van God heeft hij hem geschapen;
mannelijk en vrouwelijk heeft hij hen geschapen.
Dan zegent hij hen, God,
en hij zegt tot hen, God:
draagt vrucht, weest overvloedig, vervult de aarde en bedwingt haar!-
en daalt neer
bij de vissen van de zee en de vogels van de hemel,
bij alle leven dat rondkruipt over de aarde!
God zegt:
zie, geven zal ik u al het zaadzaaiend gewas op het aanschijn van heel de aarde
en alle geboomte waaraan boomvruchten zaad zaaien,-
voor jullie zal het er zijn als eten!-
en voor al wat in het wild leeft op de aarde en alle vogels van de hemel en al wat er rondkruipt over de aarde
waarin een levende ziel zit
zal al het groen van gewas er zijn als eten!-
en zo komt het tot stand.
God beziet het, al wat hij heeft gemaakt
en zie, het is zéér goed!-
er komt een avond en er komt een ochtend, de zesde dag.
Voltooid worden de hemelen en de aarde en heel hun heirschaar.
God voltooit op de zevende dag
zijn werk dat hij heeft gedaan;
hij houdt sabbat op de zevende dag
van al zijn werk dat hij heeft gedaan.
God zegent de zevende dag
en heiligt die;
want daarop heeft hij sabbat gehouden van al zijn werk,
dat God geschapen heeft om te maken.
(Genesis 1 - Naardense Bijbel - vertaling Pieter Oussoren)
De zevende dag heeft geen eigen glas-in-lood-venster...
De beeltenis van de zevende dag... dat is...
De kerkzaal
Met de vier evangelisten op de vier hoeken van de kerkzaal
De Zuidwand
Links
Het Marcusraam - Marcus als leeuw weergegeven.
Het Chi-rho-monogram, bestaande uit de eerste twee letters van het Griekse woord 'Christos'.
Naast dit monogram staan de twee letters alpha en omega, aanduidend begin en eind, het alles omvattende.
De druiventrossen van Kana.
Vijf broden en twee vissen,
de wonderbare spijziging.
Chanoeka - de zevenarmige kaarsenstandaard.
De wonderbare visvangst.
Het Chi-rho-monogram, de letter chi is gekanteld, zodat er een Grieks kruis is ontstaan. Dit geheel is in een cirkel geplaatst, welke het symbool van de aarde is. Rondom de cirkel staan de tekens van de dierenriem.
Het anker met twee duiven.
Het anker als symbool van de hoop.
En de duif is het symbool van de Heilige Geest.
De Phenix, uit de as herrezen.
En helemaal rechts aan de zuidwand
Het Mattheüsraam
De Evangelist Mattheüs
als engel weergegeven
De Noordwand
Links op de hoek,
het Lucas-raam.
De Evangelist Lucas,
weergegeven als rund.
De Levensfontein.
Het schip op de golven,
veiligheid op het water
dat de chaos voorstelt.
Een duif op de Doopvont,
de ziel die zich laaft.
De Ark van Noach,
de redding.
De Thorarollen,
de Wet van Mozes.
De slang in het gebladerte,
de verleiding...
En rechts aan de noordwand
Het Johannesraam
De Evangelist Johannes,
als adelaar.
De Torenkamer
Het raam in de torenkamer,
voorheen de 'bestuurskamer'.
De zeven werken van barmhartigheid.
De beide ramen achter het orgel...
Zingende engelen... zingende mensen
Kerkelijk bureau (voormalige consistorie)
Mogelijk Lucas 5 - de visvangst
Toen hij was opgehouden met spreken, zei hij tegen Simon:
‘Vaar naar diep water en gooi jullie netten uit om vis te vangen.’
Simon antwoordde:
‘Meester, de hele nacht hebben we ons ingespannen en niets gevangen.
Maar als u het zegt, zal ik de netten uitwerpen.’
En toen ze dat gedaan hadden,
zwom er zo’n enorme school vissen in de netten
dat die dreigden te scheuren.
Ze gebaarden naar de mannen in de andere boot
dat die hen moesten komen helpen;
nadat dezen bij hen waren gekomen, vulden ze de beide boten
met zo veel vis dat ze bijna zonken.
Toen Simon Petrus dat zag, viel hij op zijn knieën voor Jezus neer en zei: ‘Ga weg van mij, Heer, want ik ben een zondig mens.’
Hij was verbijsterd, net als allen die bij hem waren,
over de enorme hoeveelheid vis die ze gevangen hadden;
zo verging het ook Jakobus en Johannes,
de zonen van Zebedeüs, die met Simon samenwerkten.
Jezus zei tegen Simon:
‘Wees niet bang, voortaan zul je mensen vangen.’
De maker
De sponsor...
De handtekening van G.J. van Heek jr. (1880-1958) op één van de ramen van de kerkzaal. Gerrit Jan van Heek jr. was textieldirecteur, maar ook een groot weldoener. Hij heeft o.a. een uitbreiding van het Rijksmuseum gefinancierd. Tevens was hij kunstliefhebber. Hij heeft talloze schilderijen van wilde dieren verzameld.
Hij was gedurende twintig jaar “President Kerkvoogd”. Zeer waarschijnlijk had hij deze functie tijdens de bouw van de Vredeskerk, of in de aanloop daarvan.
|